- De voornaamste klacht is moeite met inslapen of doorslapen, of niet uitgerust zijn na de slaap, gedurende ten minste één maand.
- De slaapstoornis (of de bijbehorende vermoeidheid overdag) veroorzaakt in significante mate lijden of beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren of het functioneren op andere belangrijke terreinen.
- De slaapstoornis past niet bij secundaire insomnia (zie verder).
- De stoornis komt niet uitsluitend voor in het beloop van een andere psychische stoornis (bv. depressieve stoornis, gegeneraliseerde angststoornis, een delirium).
- De stoornis is niet het gevolg van de directe fysiologische effecten van een middel (drug, geneesmiddel) of een somatische aandoening.
Secundaire insomnia:
Slaapstoornis als gevolg van een onderliggende aandoening.
- Narcolepsie (slaapaanvallen in passieve situaties en tonusverlies van willekeurige spieren), dit wordt vastgesteld op jongere leeftijd. Vertraagd slaapfase syndroom (verschuiving van slaap-waakritme met soms ernstige slaperigheid overdag).
- Slaapapnoesyndroom (ademstops tijdens slaap door collaps van de bovenste luchtwegen).
- Parasomnieën: restless legs syndroom en Periodic Leg Movement Disorder(pijnlijke, brandende of kriebelende sensaties, m.n. in de benen, optredend tijdens rust).